
Waarmee kunt u bij ons terecht?
Als NKO-artsen leggen wij ons toe op de medische en heelkundige behandeling van de aandoeningen van de neus, de keel en de oren. Daarnaast behandelen we nog een ruime waaier aan afwijkingen in het hoofd- en halsgebied, inclusief schildklier en speekselklieren. Functies als spreken, slikken en ademhalen en zintuigen als het gehoor, de evenwichtszin, de reuk en de smaak behoren ook tot het werkterrein van de NKO-arts.

De neus heeft meerdere belangrijke functies. In de eerste plaats is de neus ons reukorgaan, een van de vijf zintuigen. De reuk is zeer belangrijk in ons dagelijks functioneren en handelen. Ruiken geeft ons genot bij eten en drinken, maar waarschuwt ons ook voor gevaar.
De neus is ook belangrijk bij onze ademhaling. Hij vormt als het ware de airconditioning van onze longen. Als lucht door de neus wordt ingeademd, wordt ze verwarmd, bevochtigd en gereinigd voor ze de longen binnenkomt. Een bemoeilijkte ademhaling via de neus wordt door de meeste mensen als erg storend ervaren.
Tot slot is de neus ook een belangrijk cosmetisch orgaan. De vorm van de neus bepaalt voor een groot deel het aanzicht van ons gelaat. De rhinologie is het onderdeel van de NKO-heelkunde dat aandoeningen van de neus- en neusbijholten behandelt. Dit houdt in:
Behandeling van een verminderde neusademhaling (neusverstopping). Afhankelijk van de oorzaak is de behandeling medicamenteus of chirurgisch (operatie van het neustussenschot, verkleining van de neusschelpen)
Diagnostiek en behandeling van allergische aandoeningen
Diagnostiek en behandeling van een verminderde reukzin
Diagnostiek en behandeling van infectieuze aandoeningen van de neus of de neusbijholten. Afhankelijk van de oorzaak is deze behandeling medicamenteus of chirurgisch (sinusoperatie)
Diagnostiek en behandeling van tumoren in de neus of de neusbijholten, goedaardig en kwaadaardig.
Behandeling van neusbloedingen
Behandeling van traumatische letsels van de neus (breuk van de neusbeenderen, breuk van het neustussenschot)
Behandeling van esthetische problemen ter hoogte van de neus (neuscorrectie)

De keelholte of farynx is een buisvormige structuur die de ruimte achter de neus en de mond met het strottenhoofd en de slokdarmingang verbindt.
Ontstekingen in dit gebied komen frequent voor en gaan meestal gepaard met keelpijn, soms ook met koorts. Acute infecties door virussen en bacteriën zijn het meest frequent,maar ook chronische irritatie door roken of maagzuur zijn mogelijk.
Poliepen en amandelen
Bekend zijn problemen van de neuspoliepen en keelamandelen. Deze structuren vormen samen met de tongamandelen de zogenaamde ‘Ring van Waldeyer’. Dit afweerweefsel vormt een eerste barrière tegen ziektekiemen die via de mond en de neus binnendringen. In de eerste levensjaren speelt deze barrière een belangrijke rol in de opbouw van de immuniteit.
Bij jonge kinderen kunnen deze structuren door hun activiteit soms zo sterk vergroot zijn dat zij de ademhaling belemmeren. Daardoor ontstaan open mondgedrag en hevig snurken met obstructie van de ademhalingsweg (slaapapneu). In dat geval kunnen de neuspoliepen of keelamandelen worden verwijderd (operaties aan de poliepen en amandelen bij kinderen).
Ook bij steeds terugkerende infecties van deze structuren, zoals frequente amandelontstekingen of anginae, kan een heelkundige ingreep noodzakelijk zijn (operaties aan de amandelen bij volwassenen).
Snurkproblemen worden vaak multidisciplinair aangepakt, samen met de neuroloog, de pneumoloog en de stomatoloog. Soms brengt een ingreep aan het weke verhemelte soelaas.
Strottenhoofd
Het strottenhoofd (de larynx) vormt een belangrijk kruispunt tussen de luchtweg en de voedselweg. Het zorgt ervoor dat eten en drinken niet in de luchtweg terechtkomen. Naast het voorkomen van verslikken maakt de afsluiting van de luchtwegook functies als hoesten en persen mogelijk.
Stembanden
Een voor de mens zeer bijzondere functie van de keel is de stemvorming of fonatie. Die wordt mogelijk gemaakt door de bewegingen van de twee stembanden in de keel.
Heesheid kan ontstaan door acute infecties door virussen of bacteriën, maar ook doorchronische irritatie. Die kan het gevolg zijn van rook, hoesten, afdalend slijm uit de neusholte, uitdroging van de slijmvliezen, stemmisbruik of reflux.
Meestal is hiervoor een medicamenteuze behandeling mogelijk, met vermijding vanuitlokkende factoren zoals roken. Bij stemmisbruik kan logopedischestemtherapie aangewezen zijn.
Soms worden stemproblemen veroorzaakt door lokale zwellingen van één of beide stembanden. Stembandpoliepen en cysten dienen chirurgisch te worden verwijderd(microlaryngoscopie: operatie aan de stembanden). Bij stembandknobbeltjes isdit zelden noodzakelijk.
Zwellingen en tumoren
Ook stembandtumoren kunnen heesheid als eerste klacht veroorzaken, vaak in een vroeg stadium. Daardoor kunnen ze meestal tijdig ontdekt worden.
Kleine letsels kunnen soms microchirurgisch verwijderd worden. Bij grotere letsels wordt een biopsie genomen, waarna een behandeling met radiotherapie of meer ingrijpende heelkunde noodzakelijk is.
De aanwezigheid van een zwelling in de hals kan zeer diverse oorzaken hebben. Vaakzijn deze zwellingen goedaardig. Soms zijn ze een gevolg van een kwaadaardigeaandoening in het neus-, keel- en oorgebied.

Het oor is een complex zintuigorgaan dat geluid opvangt, versterkt en doorzendt naar de hersenen. Het oor speelt ook een belangrijke rol in het behoud van ons evenwicht.
Het oor bestaat uit het buitenoor, het middenoor en het binnenoor.
Het buitenoor omvat de oorschelp en de uitwendige gehoorgang. Het middenoor bestaat uit het trommelvlies en de trommelholte, waarin zich de gehoorbeentjes, de hamer, het aambeeld en de stijgbeugel bevinden.
Het middenoor staat in verbinding met de neus-keelholte via de buis van Eustachius.
Het binnenoor of labyrint omvat het gehoororgaan (het slakkenhuis of de cochlea) en het evenwichtsorgaan (de drie halfcirkelvormige kanalen, de sacculus en de utriculus).
Aandoeningen van het buitenoor en de uitwendige gehoorgang
Afstaande oorschelpen, ook wel flaporen genoemd. De behandeling bestaat uit een heelkundige correctie (otoplastie). De ingreep kan bij kinderen worden uitgevoerd vanaf zes jaar.
Othematoma: een bloeduitstorting in de oorschelp, meestal na een trauma.
Otitis externa of gehoorgangontsteking: veroorzaakt door bacteriën, virussen en schimmels. De symptomen zijn oorpijn, loopoor en gehoorverlies.
Gehoorgangvernauwing: aangeboren, of als gevolg van infecties of frequent contact met water.
Aandoeningen van het middenoor
Otitis media of middenoorontsteking: ontsteking van de middenoorholte door virussen of bacteriën. De ontsteking veroorzaakt pijn, otorree en gehoorverlies en kan chronisch worden. De behandeling is hoofdzakelijk medicamenteus. Bij steeds terugkerende middenoorontstekingen kan het plaatsen van trommelvliesbuisjes nodig zijn.
Trommelvliesperforatie: meestal het gevolg van frequente oorinfecties of een trauma. Een trommelvliesperforatie kan blijvend of tijdelijk zijn. Heelkundig herstel is mogelijk (tympanoplastie).
Gehoorbeentjesketenonderbreking: komt voor na herhaalde middenoorinfecties of na een trauma. De keten kan meestal heelkundig hersteld worden (ossiculoplastie).
Otosclerose: een aandoening van de stijgbeugel en/of het binnenoor, waarbij een geleidings-, perceptief, of gemengd type gehoorverlies ontstaat. Bij een belangrijk geleidingsverlies door otosclerose van de stijgbeugel kan een heelkundige behandeling een oplossing bieden (stapedectomie). In de andere gevallen kan de patiënt geholpen worden door het dragen van een hoortoestel.
Cholesteatoom: chronische middenoorinfectie die het trommelvlies en de gehoorbeentjes aantast en kan uitbreiden naar het binnenoor, het evenwichtsorgaan, de aangezichtszenuw en de hersenen. De behandeling is chirurgisch (tympanoplastie met evidement).
Aandoeningen van het binnenoor
Deze aandoeningen veroorzaken gehoorverlies, oorsuizen en evenwichtsstoornissen. De meest frequente aandoeningen zijn plotse doofheid, labyrinthitis, de ziekte van Menière, ouderdomsgehoorverlies en gehoorverlies door lawaaitrauma.
De diagnosestelling van deze ooraandoeningen gebeurt door klinisch onderzoek, micro-otoscopie en aanvullende functionele tests. Daarbij gaat het om audiometrie, spraakaudiometrie, tympanometrie, vestibulair onderzoek met videonystagmografie en onderzoek naar auditief geëvoceerde potentialen. Soms wordt dit onderzoek aangevuld met een CT-scan of NMR-onderzoek van de rotsbeenderen.
